Image Alt

Veiligheidsontwikkelingen

De lampen in de mijnbouw hebben een lange geschiedenis en aanpassingen ondergaan. Door het verbeteren in de energievoorziening en andere technieken werden de lampen in de loop der jaren steeds veiliger. Ook het uiterlijk en het gebruik veranderde aanzienlijk.

Op deze pagina kun je 5 verschillende modellen mijnbouwlampen bekijken. Ga ze ontdekken, door erop te klikken en in te zoomen en bekijk dan hoe de lampen in de loop der jaren zijn veranderd.

FROSCH LAMP

Het is niet helemaal duidelijk wanneer deze lamp werd uitgevonden, maar olie-pit lampen zijn verschenen rond 1850 in Schotland (Mining Lights and Hats, z.j.). Volgens Raetsen en Claessens (2017) is de Frosch Lamp vanwege veiligheidsproblemen nauwelijks gebruikt in de Nederlandse mijnen. De olie werd rechtstreeks via het lont in de lamp gedaan. De lamp had een open vlam, hierdoor kon de gassen tot ontbranding komen en een explosie veroorzaken (Raetsen en Claessens, 2017). Dit kon op elk moment gebeuren en daarom werd het gebruik van de lamp in de mijn gezien als een Russisch roulette. Na de uitvinding van Davy Lamp, die geen open vlam had, werd de Frosch Lamp nog zelden gebruikt.

3D-model gemaakt door Anna Bashuk.

DAVY LAMP

In 1815 introduceerde Sir Humphry Davy prototypes van de Davy Lamp (The Royal Institution, z.j.). Het was ook een olielamp, maar voorzien van een paar veiligheidsvoorzieningen. Volgens The Royal Institution (z.j.) bestond het uiteindelijke ontwerp van de lamp uit een klein mandje van koper rond de vlam. Dit gaasje had hele kleine gaatjes om het licht door te laten en tegelijkertijd de warmte te absorberen. Als gevolg hiervan konden de brandbare gassen niet bij de vlam komen, waardoor explosies worden voorkomen (The Royal Institution, z.j.). Het beschermende gaasje bedekte een groot deel van de lamp, waardoor hij veel veiliger was dan zijn voorganger, de Frosch lamp.

3D-model gemaakt door Ruqin Hu

BENZINELAMP MET VONK ontsteking

Rond 1900 werd de eerste benzinelamp uitgevonden (Raetsen & Claessens, 2017). Volgens Raetsen en Claessens waren benzinelampen niet alleen veiliger, maar ook feller en gemakkelijker aan te steken. Deze lamp had een “Vonk ontsteking”. Deze werkte als volgt: de mijnwerker moest aan het tandwiel draaien, met behulp van een stukje papier met zwavel ontstond er een vonk (Raetsen & Claessens, 2017). De lamp bevatte ook een veiligheidsmechanisme voor het opsporen van gassen: wanneer er brandbare gassen in de mijnen aanwezig waren, zou er een blauwe puntje bovenop de vlam verschijnen (The Royal Institution, z.j.). De grootte van deze puntje moest helpen bij het inschatten van het hoeveelheid aanwezige gas.

3D-model gemaakt door Aniek van den Brandt

POTLAMP

In de jaren dertig van de vorige eeuw was het niet langer nodig om benzine te gebruiken om de lampen van brandstof te voorzien. Batterijen steeds werden populairder (Raetsen & Claessens, 2017). Potlampen hadden twee belangrijke verbeteringen ten opzichte van benzinelampen: ze zorgden niet alleen voor meer licht, maar waren ook veiliger omdat ze geen brandbare brandstof nodig hadden (Raetsen & Claessens, 2017). Zoals te zien is in het 3D-model aan de rechterkant, bestonden deze lampen uit twee gedeelten: het onderste deel, waar de batterij zich bevond, en het bovenste deel met een reflector en een gloeilamp, die beschermd werd door een glazen kap.

3D-model gemaakt door Thiago Minete Cardozo

PETLAMP

Vanaf 1950 waren petlampen de meest voorkomende lampen die in de mijnen werden gebruikt. Ze waren lichter, handiger en draagbaarder dan eerdere lampen (Raetsen & Claessens, 2017). Volgens Raetsen en Claessens (2017) werkten petlampen op een batterij en konden ze tot 14 uur meegaan.

De lampen werden na de dienst opgeladen en de mijnwerkers konden ze de volgende dienst weer meenemen.

De petlamp maakte het leven van de mijnwerkers veel gemakkelijker. Zoals te zien is in het 3D-model aan de linkerkant, kon de lamp aan de helm worden bevestigd, waardoor de mijnwerkers beide handen vrij hadden om te werken.

3D-model gemaakt door Thiago Minete Cardozo

Ontdek meer op de website van het Nederlands Mijnmuseum.

Hebt U vragen over het museum, deze website, over het project van de Universiteit van Maastricht of een andere vraag, stuur dan even een bericht.