Meer weten wat de mijnwerkers deden voor aanvang van hun dienst.
De klok sloeg 5.30, het begin van een nieuwe dag voor elke mijnwerker!
De mijnwerkers stonden op en kleden zich aan, daarna verlieten zij het huis. Ze gebruikten trein of bus om naar de mijn te gaan.
Wanneer zij arriveerden op de mijn, gingen zij rechtstreeks naar het kleedlokaal. Hier hadden zij hun vaste routines, voordat zij ondergronds gingen.
*
Zij kleden zich om van hun gewone kleren (links) naar hun mijnwerkers plunje (rechts)
Een belangrijk onderdeel van het dagelijkse werk in de mijn, was een goede voorbereiding voor de werkdag. Het werk ondergronds was gevaarlijk door bijvoorbeeld de stof en luchtvoorziening. Een goede uitrusting was daarom van groot belang. Tijd was geld, elke mijnwerker had daarom maar 5 minuten om zich om te kleden.
Alles op zijn tijd: inleveren van de penningen.
Vlak voordat de mijnwerkers zich omkleden, moeten zij hun penning op het penningenbord hangen. De penningen op het bord gaven aan dat de mijnwerkers ondergronds aan het werk was.
Elke penning had een nummer (mannummer), zo kon je zien wie er beneden aan het werk was. Aan de penning kon je ook zien welke steenkoolmijn het was.
Het was heel belangrijk om te weten wie ondergronds aan het werk was wanneer er een ongeluk gebeurd was. Men kon op deze manier achterhalen wie er in de mijn werkte.
Volgende stap: trek je werkkleding aan.
Eerder spraken wij over kroonluchters. Eigenlijk waren het de ‘kleerhangers’, die aan elke mijnwerker was toebedeeld. Alle mijnwerkers gebruikte dit systeem om hun kleren op te hangen. Zij konden letterlijk niet zonder te systeem.
Nu was het tijdstip aangebroken om het gereedschap op te halen.
Nadat de mijnwerker zijn werkkleding had aangetrokken moesten zij hun lamp en stofmasker ophalen, voordat zij in de lift stapten en ondergronds gingen.
Een hiervan was de lamp. Foto van de lampenkamer.

*
Kunt u zich voorstellen dat u al deze procedures in slechts vijf minuten uitvoert? Elke mijnwerkers dag was inderdaad buitengewoon gestructureerd. Ze moesten alle procedures en regels volgen, die door het mijnbedrijf waren opgesteld. Wanneer de mijnwerkers de uitrusting opgehaald hadden stonden ze in de rij bij de lift om naar beneden te gaan en te beginnen met hun werk ondergronds.